UTRECHT – Veel gifstoffen zijn decennia rond de polen neergeslagen. Nu de ijskappen daar smelten komen de bestrijdingsmiddelen opnieuw in het milieu terecht. Dit stelden wetenschappers vast die tussen 1993 en 2009 metingen verrichtten op Spitsbergen en in het Canadese poolgebied. Ze keken naar de atmosferische concentraties van drie chemische stoffen, waaronder het beruchte landbouwgif DDT.
Verboden
De stoffen behoren tot de zogeheten persistente organische gifstoffen, of POPs, die na jarenlang gebruik in de landbouw en industrie in 2001 onder de Stockholm Conventie verboden werden.
POPs zijn erg schadelijk voor mensen en dieren en bovendien bijna niet biologisch afbreekbaar, waardoor ze tientallen jaren in het milieu blijven rondzwerven en lange afstanden afleggen door de lucht.
Poolgebieden
Uiteindelijk slaan POPs vaak neer op plaatsen waar het relatief koud is, zoals rond de polen, waar ze zijn vastgelegd in het ijs en de sneeuw. Met het smelten van dit ijs komen de gifstoffen weer in de atmosfeer en oceaan terecht.
Recycling
Temperatuurstijging is op de polen sneller merkbaar dan op andere plekken op Aarde. Er zijn echter ook andere depots waar in de loop der jaren veel van de chemicaliën in terecht zijn gekomen, zoals de diepzee en bodems op gematigde breedtegraden.
En ook hier kan stijging van de temperaturen er voor zorgen dat de chemicaliën weer in beweging komen, zo vrezen de wetenschappers. De stoffen kunnen daarbij weer in levende organismen terecht komen en de jarenlange wereldwijde inzet om de concentraties van POPs in het milieu terug te dringen teniet kunnen doen.
Bron: Nu.nl