Zeist – Deze week is de hoeveelheid ijs op de Noordpool onder het laagterecord van 2007 gezakt. Dat blijkt uit cijfers van het Amerikaanse National Snow and Ice Data Center. De kans is groot dat het niveau nog verder daalt, omdat normaal gesproken het jaarlijkse minimum pas eind september bereikt wordt.
Smelten van het ijs heeft negatieve effecten op de ijsberenpopulaties in het zuiden van het gebied.
Negatieve effecten
Het smelten van het ijs heeft negatieve effecten op de ijsberenpopulaties in het zuiden van het gebied. Zo bleek eerder deze maand dat ijsberen steeds moeilijker bij hun sneeuwholen kunnen komen waar ze hun jongen krijgen. Ook voor walrussen is het smeltende ijs een probleem, omdat ze het gebruiken om te rusten na het foerageren. Voor de mensen die in het gebied leven betekent het smeltende ijs dat ijsroutes gevaarlijker worden en dat sommige dorpen bedreigd worden door erosie.
Bedrijven
Industriële bedrijven raken meer en meer geïnteresseerd in het poolgebied. Doordat er minder ijs is, wordt het aantrekkelijker voor ze om te boren naar olie of om vaarroutes door het gebied te leggen. Het WNF maakt zich daar grote zorgen om. Die activiteiten betekenen namelijk nog meer druk op het toch al kwetsbare ecosysteem van de Noordpool. Door het geluid van scheepvaart bijvoorbeeld kunnen walvissen gedesoriënteerd raken, omdat ze hun eigen geluid (dat ze gebruiken om hun weg te vinden) dan niet meer horen.
Last Ice Area
Onderzoekers en medewerkers van WNF hebben deze zomer onderzoek gedaan naar de gevolgen van klimaatverandering in de ‘Last Ice Area’. Dat is een gebied tussen Noord-Groenland en Canada waar het zomerijs het langst blijft liggen. De regio wordt steeds belangrijker voor diersoorten die afhankelijk zijn van het poolijs. Het onderzoek van deze zomer is een van de projecten die het WNF in en rond de Noordpool uitvoert om de veerkracht van het gebied te verbeteren. Daarnaast zijn er WNF projecten om de wereldwijde uitstoot van koolstof te verminderen.