WINTERBEKLIMMING VAN 4000ERS IN DE HOGE ATLAS
Orlando Furfari
Met de maten een weekje weg om een paar 4000ers te beklimmen in de Hoge Atlas? Op een besneeuwde bergtop staan met zicht op een zandwoestijn? Het lijken mij erg leuke vooruitzichten. Na een korte rondvraag bij de klimvrienden was het meteen duidelijk dat dit wel een leuke trip kon worden en vol enthousiasme start ik met de voorbereidingen. De Cicerone gids zorgt voor de nodige inspiratie.
Naar Marokko!
In maart vliegen we met 9 klimvrienden naar Marrakech. Na een voorspoedige vlucht gaan we onze rugzakken ophalen en wandelen we naar de aankomsthal waar we worden opgewacht door Mohammed, onze chauffeur. Hij brengt ons naar ons hotel in Marrakech waar we ons eerst even opfrissen om diezelfde avond naar het beroemde Djemaa El Fna-plein af te zakken. Zoals lokaal gebruikelijk onderhandelen we eerst een prijs met de taxichauffeurs die ons naar het plein willen brengen. Het is er erg druk en ontzettend chaotisch maar ik geniet met volle teugen van deze zuiderse wanorde. Het plein is één grote, luidruchtige wirwar van allerlei prulariaverkopers, muzikanten, slangenbezweerders en eetkraameigenaars. Even later overzien we het plein vanop een terras op de eerste verdieping van een gezellig restaurant en genieten we van de heerlijke Marokkaanse keuken.
De volgende ochtend staat Mohammed ons op het afgesproken uur op te wachten in de lobby van het hotel. Hij is zowaar op tijd! We laden ons materiaal in zijn gammele busje en we vertrekken richting Imlil. Eens we de stad uit zijn hebben we een mooi zicht op de besneeuwde Atlasketen, recht voor ons. Het is nog maar half maart maar toch geniet de regio van Marrakech al van een lekker temperatuurtje. Onderweg stoppen we even bij een coöperatieve onderneming die op ambachtelijke wijze arganolie produceert. Mohammed vindt dat we dit absoluut moeten zien. Als hij een half uurtje later ziet dat we niets gekocht hebben beseft hij, enigszins teleurgesteld, dat hij aan ons geen extra commissie zal verdienen. De rit gaat verder naar Asni en daarna kronkelt de weg bergop richting Imlil. In Imlil houdt de weg op en moeten we te voet verder. Om de lokale economie te steunen en op aandrang van de uitbater van de hut hebben we twee ezels gehuurd om onze rugzakken naar de hut te brengen. Luxe! Deze ezels staan in voor de bevoorrading van de beide hutten op 3200 meter en gaan sowieso bijna dagelijks naar boven. We beginnen aan onze aanlooproute en passeren het volgend dorpje : Ahremd aan de grens met het Parc National du Toubkal. Ons groepje waaiert uiteen en ieder wandelt op eigen tempo rustig bergop richting hut. We wandelen in een mooie omgeving met besneeuwde bergtoppen en naarmate we stijgen wordt het ook duidelijk kouder. Tijd om een fleece aan te trekken en hogerop ook nog een windstopper.
Het is al laat in de namiddag als we eindelijk aankomen in de Refuge des Mouflons. Deze hut wordt ons huis voor de komende 4 nachten. Abdul toont ons onze slaapplaats en nodigt ons uit voor het avondeten dat over een uurtje geserveerd zal worden. We installeren ons in de ijskoude kamer en een uurtje laten schuiven we aan in de eetplaats waar we genieten van de overheerlijke tajine. Tijdens het eten bespreken we de komende dagen en in de Cicerone gids bestuderen we de couloir nog eens die morgen op de planning staat. Na het eten trekken we terug naar onze kamer en kruipen we vroeg in onze slaapzakken.
Eindelijk klimmen
Na een goede nachtrust staan we met z’n allen paraat om de beklimming van de Ras-N-Ouanoukrim (4083m) en de Timesguida-N-Ouanoukrim (4088m) aan te vatten. Er ligt aardig wat sneeuw en onze crampons zijn geen overbodige luxe. In de winter is het hier echt wel alpien klimmen. We willen de Ras beklimmen via het NO couloir. Volgens de Cicerone gids een PD+ beklimming met een hellingsgraad tot 50°. De kwaliteit van de sneeuw is prima. Onze stijgijzers en piolets hebben een goede grip. We delen ons op in 2 touwgroepen en genieten met volle teugen van de fysieke inspanningen die dit couloir van ons vergt. Aangekomen op de top nemen we de eerste “summit groepsfoto” van ons reis. We dalen af naar het zadel tussen de Ras en de Timesguida en even laten nemen we onze tweede “summit groepsselfie” op de Timesguida. We staan op 4088m, op een besneeuwde bergtop en in het zuid-oosten zien we een uitgestrekte zandvlakte. We hebben zicht op de woestijn. Ik mijmer even weg en bedenk me dat dit toch wel een surrealistische setting is. Het wordt tijd om terug af te zakken naar de hut. Onderweg stoppen we nog even aan een grote ijspilaar waar we proberen om wat te ijsklimmen. We hebben echter allemaal klassieke stijgijzers met horizontale punten en bijgevolg blijft het bij enkele verdienstelijke pogingen en lacherige scheldpartijen. In de hut worden we weer hartelijk ontvangen door Abdul, de huttenwaard. Na een overheerlijke couscous kruipen we weer in onze slaapzakken. Morgen staat het hoofddoel van onze reis op de planning : de Jebel Toubkal, met z’n 4167m de hoogste berg van de Atlas.
Het hoogste punt van Noord-Afrika
Het is nog koud en donker als we de volgende ochtend aanschuiven aan de ontbijttafel. Het was wederom een ijskoude nacht en de thee warmt ons op. De normaalroute naar de Toubkal loopt via de noord oostelijke graat die vertrekt achter de hut. Wij kiezen echter voor de noordelijke variant en willen eerst de Tiberhine (3880m) en de Imouzzer (4010m) beklimmen om vervolgens via de noordcol door te steken naar de noordgraat die naar de top van de Djebel Toubkal loopt. Bij de start van de beklimming moeten we ons ritme nog vinden. We binden ons niet in omdat hier geen gletsjers zijn en dat wil zeggen dat iedereen op zijn of haar eigen tempo kan klimmen. Na de eerste 700 hoogtemeters staan we met z’n allen op de top van de Tiberhine. Hier vinden we de wrakstukken van een vliegtuig dat lang geleden crashte op deze berg. We klimmen snel verder om even later op de Imouzzer te staan. Het is aardig koud en er staat een strakke wind. Nadat we de noordelijke col zijn overgestoken moeten we nog 150 hoogtemeters overwinnen naar de top van de Toubkal zelf. Een half uur later staan we op de top. In dit moslimland staat er uiteraard geen kruis of een Mariabeeld op de top, maar wel een metalen pyramide die het hoogste punt van Noord-Afrika aanduidt. Van hieruit hebben we een mooi 360° graden zicht op de omgeving. In het noorden zien we de groene vallei van Imlil en Asni. In het westen zien we de sneeuwcouloir die we gisteren beklommen hebben. Het zuiden en het oosten kijken uit over de woestijn. Na de verplichte topfoto’s beginnen we aan de afdaling. We besluiten om van de geplande route af te wijken om zo ook nog de Toubkal West (4030m) te beklimmen. Onze zesde bergtop op 2 dagen.
Mannen blijven kinderen?
We dalen verder af over een groot sneeuwveld met sneeuw van goede kwaliteit en niet te steil. “Ideaal of af te glijden” bedenk ik me. “Doe dat nu niet” zeg ik tegen mezelf maar het kind in me komt naar boven en even later schuif ik op m’n zitvlak naar beneden, voeten met stijgijzers in de lucht… Toch oppassen, want als die stijgijzers maar heel even in de sneeuw haken, … Het onvermijdelijke gebeurt. Mijn rechtervoet haakt zich vast terwijl ik naar beneden schuif. Ik draai om mijn as en op de ene of de andere manier haakt mijn stijgijzer zich vast in m’n zitvlak. Het gebeurt allemaal in een fractie van een seconde en voor ik goed en wel besef wat er gebeurd is lig ik, het stijgijzer nog steeds in m’n zitvlak gehaakt, te kermen van de pijn. Gescheurde ligamenten in m’n enkel zijn het gevolg van mijn onbezonnen gedrag. Ik mank de berg verder af, kwaad op mezelf. ’s Avonds, als ik mijn blauwe, gezwollen enkel bekijk, wordt het duidelijk dat ik morgen niet zal kunnen klimmen. De volgende dag schrijven m’n klimmakkers de Akioud (4030m) nog bij op hun palmares. Ik moet echter passen en zit me de ganse dag in de hut steendood te vervelen. Als ze in de late namiddag, lachend en uitgelaten na hun succesvolle beklimming, de hut komen binnengewaaid ben ik blij voor hen maar kwaad op mezelf.
Onze klimtrip zit erop. Morgen zullen we weer terug afdalen naar Imlil en meteen naar de luchthaven rijden. We zijn tevreden over deze trip want we zijn weer een avontuur rijker…